-
1 cursif
cursif [kuursief]〈bijvoeglijk naamwoord; ook v.〉♦voorbeelden:style cursif • vlotte stijl¶ une (écriture) cursive • lopend schrift, schuin schrift= cursive; adj1) lopend, cursief, schuin2) snel, vluchtig, vlot -
2 scan
n. uitkammen, doorzoeken; kartering, nauwkeurig onderzoeken ( een medisch onderzoek dat wordt uitgevoerd met een medisch apparaat-computer scan); onderzoekende blik--------v. nauwkeurig onderzoeken (met een CT of CAT scan, computerized tomography)); uitkammen; in een blik bekijken; onderzoeken, nagaanscan1[ skæn] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————scan2〈 scanned〉II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 nauwkeurig onderzoeken ⇒ afspeuren/zoeken3 snel, vluchtig doorlezen -
3 diagonale
diagonale [die.aagonnaal]〈v.〉♦voorbeelden:1 en diagonale • schuin, scheeflire en diagonale • vluchtig doorlezenf -
4 lire
lire [lier]1 lezen2 lezen ⇒ ontcijferen, interpreteren, begrijpen3 zien ⇒ opmerken, gewaarworden♦voorbeelden:dans l'attente de vous lire • in afwachting van uw reactielire des yeux • stil, niet hardop lezenlire qc. en diagonale • iets vluchtig doorlezenlire un graphique • een grafiek lezen♦voorbeelden:1. f 2. v1) (voor-, af)lezen2) zien, opmerken3. se lirev -
5 parcourir
parcourir [paarkoerier]〈 werkwoord〉1 doorkruisen ⇒ doortrekken, doorlopen, aflopen2 afleggen3 doornemen ⇒ doorbladeren, snel, vluchtig doorlezen♦voorbeelden:parcourir le monde • de wereld afreizenv1) doorkruisen, doorlopen2) afleggen3) doornemen, doorkijken4) inspecteren -
6 lecture cursive
lecture cursive -
7 lire en diagonale
lire en diagonale -
8 lire qc. en diagonale
lire qc. en diagonale -
9 durchfliegen
-
10 survol
survol [suurvol]〈m.〉 -
11 survoler
survoler [suurvollee]〈 werkwoord〉
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Французский